Interview met Gerard van Oosten: Glastuinbouw in transitie

Gerard van Oosten, kwartiermaker Human Capital Agenda Greenport West-Holland

De tuinbouw en in het bijzonder Greenport West-Holland heeft uitstekende perspectieven. Weliswaar was er een dip in 2020 en ondervinden specifieke bedrijven nog steeds de gevolgen van de coronacrisis, het lange termijn vooruitzicht van de sector is indrukwekkend. Om de ontwikkelingen ten volle te kunnen benutten moet er echter hard gewerkt worden aan een betere aansluiting van vraag en aanbod op  de arbeidsmarkt. Dat is een forse uitdaging in twee richtingen: er is inzicht nodig in de toekomstige kwalitatieve en kwantitatieve vraag van ondernemers en aan de aanbodkant moeten veel mensen zich ontwikkelen in een richting die past bij de tuinbouw van de toekomst.

Er zijn structurele oplossingen nodig om de aansluiting van vraag en aanbod op de arbeidsmarkt te verbeteren. Veel bedrijven kunnen namelijk niet de juiste mensen vinden, onbenut arbeidspotentieel is moeilijk te activeren en er is weinig beweging van arbeidspotentieel tussen sectoren. Dat is de kern van het door de Provincie Zuid-Holland geïnitieerde Birch-onderzoek uit 2018. Om de vraagstukken op te lossen werd een Human Capital Agenda (HCA) voor Zuid-Holland opgesteld, waarin vanzelfsprekend een HCA paste voor de Greenport. Ook het Innovatiepact dat is gevormd in Greenport West-Holland, signaleerde de behoefte aan zo’n HCA voor de sector. Er wordt duidelijk een urgentie gevoeld.

De Greenport ontwikkelt zich razendsnel

Dat de tuinbouwsector een enorme dynamiek kent, is een zeer goed bewaard geheim. In de hele keten vanaf de verdeling en toelevering vanuit de zaadbedrijven tot en met de logistiek rond de eindproducten is technologie niet meer weg te denken. Kassen zijn door de toepassing van robotica, AI en andere hoogtechnologische apparatuur uitgegroeid tot integrated growing systems. Nu produceren we nog in de regio en exporteren we onze producten over de hele wereld. In de toekomst zal de productie zich concentreren rondom steden verspreid over de hele wereld. De Greenport-strategie zet daarom in op een toppositie wat betreft feeding & greening the mega cities. Dat wil zeggen dat wij totaalconcepten bieden voor voedselproductie en distributie bij deze grote steden die tevens bijdragen aan de kwaliteit van de leefomgeving, de aangename inrichting van grote steden en de gezondheid van de inwoners. Daarbij worden nieuwe technieken ingezet, zoals vertical farming en autonoom telen op afstand. We gaan ons in de toekomst richten op productie voor vooral de Europese markt én wereldwijde levering van systemen, materialen, hoogwaardige uitgangsmaterialen en kennis. 

Digitalisering van de tuinbouw

Voor een dergelijke ontwikkeling is personeel nodig met heel andersoortige opleiding dan gebruikelijk was. Als illustratie: Wageningen Universiteit gaat voor de derde keer een prestigieuze challenge voor de Autonome Kas organiseren waarin de teelt volledig met kunstmatige intelligentie (AI) wordt gestuurd. Al bij de tweede challenge zijn met AI betere resultaten gehaald dan door een groep toptelers. Kennis van tal van aspecten van digitalisering is voor steeds meer beroepen in de Greenport van belang. Bij de een gaat het om de teelt en gewasverzorging, terwijl de ander vooral bezig zal zijn met de markt, maar allebei hebben ze te maken met AI, algoritmen, robotica, enzovoort. Momenteel maken we vanuit de digitaliseringsvisie van Greenport West-Holland de vertaling naar scenario’s voor beroepsbeelden. Met mensen uit de praktijk, het onderwijs en onderzoekers kijken we wat het gebruik van digitalisering gaat betekenen voor de beroepen. Met deze beroepsbeelden kun je dan bepalen wat er aan opleiding en training nodig is. Dit bij voorkeur in een leer-werk community. Leren betekent namelijk niet langer: in de schoolbank zitten.

HCA: vijf sporen

Om de aansluiting tussen vraag en aanbod op de arbeidsmarkt te versterken hebben we in de Human Capital Agenda voor de Greenport een vijfsporenbeleid geformuleerd. Dat beleid wordt gerealiseerd door bestaande initiatieven te verbinden, te versterken en te zorgen dat de initiatieven aansluiten bij de echte vraag van de ondernemers. Daarmee willen we bereiken dat de aandacht voor het permanent ontwikkelen van ondernemers en medewerkers hoog op de agenda staat bij de bedrijven en dat de aanbieders van opleidingen en trainingen hiervoor de juiste arrangementen bieden. Dat is complex, omdat het gaat om een grote verandering in benadering en cultuur. In het onderwijs is het belangrijk cross overs te realiseren tussen bijvoorbeeld digitaliserings- en teeltopleidingen of logistiek met kennis over productkwaliteit. Daarbij is het ook belangrijk te gebruiken wat al is ontwikkeld en deze te versterken door samenwerking.

Werving en Instroom

De kennis van de gewassen, het telen, de zaadveredeling, de techniek, enzovoort blijft de kracht van de Greenport. De toepassing van deze kennis in de beroepen verandert. Bijvoorbeeld door het gebruik van digitalisering maar ook om in te spelen op vraagstukken uit de markt en de maatschappij.  Er wordt dan ook heel andere competenties gevraagd van medewerkers. Ondernemers zoeken steeds vaker medewerkers met vanaf niveau mbo 3-4 tot hbo en universitair. De voorlopers in onze sector geven aan dat zij bij het werven van specialisten moeten concurreren met bedrijven als ASML! Voor het succesvol werven van goede mensen voor de groter wordende diversiteit aan beroepen, is een goede profilering belangrijk. Door alle ontwikkelingen is de sector eveneens aantrekkelijk voor ‘mensen uit de stad’. Als studenten van de TU Delft eenmaal een project in onze sector hebben uitgevoerd, raken ze vaak geboeid. Vervolgens is het aan de werkgevers om te zorgen dat afgestudeerde mensen die kiezen voor werk in het tuinbouwcluster, de professionele uitdaging behouden en verder kunnen ontwikkelen. We zullen als sector het aansprekende verhaal moeten vertellen om het grote beschikbare arbeidspotentieel in het Randstedelijk gebied te mobiliseren. De glastuinbouw speelt immers een maatschappelijke rol van grote betekenis. Voedselvoorziening, groen voor binnen en buiten, de footprint, circulariteit, korte ketens: het zijn de grote thema’s waar onze sector antwoorden op heeft.

Leven Lang Ontwikkelen: cross overs

Uiteraard willen we de mensen die nu in onze sector werken, behouden en perspectief bieden. Ook willen we mensen die belangstelling hebben om in de sector aan de slag te gaan, de juiste begeleiding bieden. Het is daarom nodig om te zorgen dat er aanbod is voor hun ontwikkeling. Ondernemers, medewerkers en opleidingsinstellingen moeten een mindset krijgen dat Leven Lang Ontwikkelen erbij hoort en dit in onderlinge samenwerking organiseren. Figuurlijk spreken we wel van de transitie van vooral aandacht voor de “human costs” naar het investeren in “human capital”. Voor de opleiders en trainers zit hier een grote uitdaging. Er zijn nu veel initiatieven waardoor het overzicht ontbreekt en het aanbod niet altijd goed aansluit bij de vraag van ondernemers en medewerkers. In de HCA brengen we trainers, opleiders en opleidingsinstellingen bijeen om een gezamenlijke portfolio te ontwikkelen die is afgestemd op de inhoudelijke thema’s van de sector zelf: digitalisering, de ontwikkeling van de tuinbouw in een circulaire metropool en bijvoorbeeld vers-logistiek. Door in de samenwerking van de praktijk en de opleiders te kijken wat deze ontwikkelingen betekenen voor de beroepen en wat er dan nodig is op het gebied van opleiden en trainen, ontstaat een geschikt portfolio van opleidingen en trainingen. Door deze aan te bieden in een omgeving waarin innoveren, werken en leren gecombineerd wordt, is er meerwaarde voor de bedrijven én de medewerkers. Samen aan een onderzoeks- of innovatievraagstuk werken in een team van mensen met expertises op het gebied van bijvoorbeeld teelt, ICT, marketing en bedrijfseconomie is uitdagend en leidt vaak tot mooie resultaten. In Greenport West-Holland zijn er campussen als het World Horti Center, Horti Science Park Oostland en Dutch Fresh Port waar deze leeromgevingen vorm krijgen.  

Flexibele arbeid en Instroom vanuit de bijstand

Wat we in de sector houden, zijn de pieken in de arbeidsbehoefte en de inzet van flexibele arbeid. Daarvoor worden nu veelal arbeidsmigranten ingezet, de zogenoemde internationale medewerkers. Dat brengt veel vraagstukken met zich mee, onder andere met betrekking tot de huisvesting. Bovendien kun je je afvragen hoe robuust dit aanbod van arbeidskrachten is, nu in de landen van oorsprong de economie opbloeit. Er zit trouwens ook ontwikkeling bij de arbeidsmigranten zelf. Mensen die hier willen blijven, krijgen meer en meer leidinggevende functies en kiezen voor een opleiding. Maar we willen kijken welke oplossingen er zijn om tot meer duurzame vormen van de inzet van flexibele arbeid te komen. Naast andere vormen van arbeidscontracten is het belangrijk te kijken naar ontwikkelingsmogelijkheden en daarop aansluitende opleidingen. Maar ook de toepassing van bijvoorbeeld robotica in plaats van ‘handjes’ gaat bijdragen aan de oplossing van dit vraagstuk . We willen namelijk wel een grote speler blijven en onze producten op de Europese markt blijven afzetten.

Voor de invulling van de arbeidsbehoefte is ook de mogelijkheid tot instroom vanuit andere sectoren een belangrijk aandachtspunt. Dit vraagt goede begeleiding en passende opleidingen. Onder andere met gemeenten zetten we hierop in. Zodat werkzoekenden sneller beschikbaar komen voor de glastuinbouw. 

Het ontwikkelen van ondernemers

Bij de hele transitie is de ondernemer zelf de onmisbare schakel. Elke ondernemer zal zich afvragen hoe hij zijn bedrijf gaat ontwikkelen. Zowel met het oog op de technologische ontwikkelingen, de markt als in relatie tot het verstedelijkte gebied, waarvan we deel uitmaken. Ondernemers moeten nadenken over circulariteit: wat doe je met je energiesysteem, je watervoorziening, gewasbescherming, biodiversiteit, je inpassing in de circulaire metropool? Bij die vele vragen speelt veelal ook de opvolging. Jonge ondernemers staan voor vraagstukken van schaalvergroting en marktpositie. Er is een tendens om bedrijven in een telersvereniging of andere samenwerkingsvorm in te brengen, wat een heel andere bedrijfsstructuur met zich meebrengt. We zien dat jonge ondernemers in groepjes nadenken en tot hun eigen antwoorden komen. Begeleiding en ondersteuning van ondernemers is in de hele transitie belangrijk. We willen de bedrijven ondersteunen in deze ontwikkelingen en deze verbinden met de vraagstukken op het gebied van human capital. Alleen in goede verbinding met het hele ecosysteem van Greenport West-Holland kunnen we de uitdagingen aangaan.

Artikelen

POWERED BY

powered by